Een prikkel is datgene wat je ‘prikkelt’. Dat kan bijvoorbeeld iets zijn wat je ziet, ruikt of hoort, maar ook een gedachte of gevoel. Alles wat je ervaart binnen en buiten je lijf noemen we prikkels. Er zijn twee soorten prikkels: zintuig-prikkels en hersenprikkels.

wat zijn prikkels en welke soorten prikkels zijn er?

In het kort: dit artikel geeft inzicht in wat we bedoelen met prikkels en geeft een overzicht van de verschillende soorten zintuig-prikkels en hersenprikkels.

zintuigen afbeelding

zintuig-prikkels en hersenprikkels

Zintuig-prikkels zijn prikkels die je zintuigen opvangen zoals geuren, smaken en beweging. Hieronder vind je een overzicht van de verschillende zintuig-prikkels.

Je zintuigen sturen die prikkels die ze opvangen via zenuwbanen naar je hersenen. Je hersenen ‘vertellen’ je vervolgens wat voor prikkel het is en hoe je erop moet reageren. Dat gebeurt via hersenprikkels zoals gedachten, emoties en taal die je ervaart als je zintuig-prikkels verwerkt. Dit doen we allemaal, de hele dag door, al staan we daar meestal niet bewust bij stil.

welke zintuig-prikkels zijn er?

Aanraking signaleren we via het zintuig ‘tast’, ofwel onze huid. De tast is het grootste, en misschien ook wel het belangrijkste zintuig van ons lichaam. Voelen, liefhebben, geraakt of geroerd zijn; we kunnen het ervaren door de tastlichaampjes van onze huid. Aanraking en andere tast-prikkels vormen belangrijke input voor hoe we contacten met andere mensen beleven, maar ook hoe we eten proeven in onze mond.

Met ons zintuig ‘reuk’ ruiken we de geuren van ons huis, ons huisdier, onze dierbaren en onze omgeving. Geur brengt ons herinnering. Het geeft ons een aangenaam gevoel of maakt ons juist angstig. Het geeft ons leven emotionele kleuring. Beleving van geur speelt daarmee een belangrijke rol in ons welbevinden.

Alles wat we in onze mond stoppen, proeven we met ons zintuig ‘smaak’. Of het nu een kop thee is of het avondeten. We kunnen vijf smaken onderscheiden: zoet, zuur, bitter, zout en umami (hartig).

De wekker gaat, we praten met onze naaste, de verwarming zoemt, een vrachtwagen rijdt voorbij. Voortdurend is er geluid om ons heen, wat we opvangen met ons zintuig ‘horen’. Geluid geeft ons informatie over onze omgeving. Het horen praten van mensen vormt daarnaast de basis voor de ontwikkeling van spraak en taal.

We zien beelden om ons heen zodra we ’s ochtends onze ogen open doen. Beelden zoals de inrichting van een ruimte, daglicht, het bos of de tuin. Ons zintuig ‘zien’ of ‘visus’ vangt al die beelden op.

Onze spieren, pezen en gewrichten signaleren de bewegingen en de houding van ons lichaam

Ons evenwichtsorgaan stelt vast of ons lichaam in evenwicht is, en waar het is ten opzichte van de zwaartekracht. Het signaleert of we versnellen of vertragen, en of we ronddraaien, rechtop staan of bijvoorbeeld een koprol of handstand maken.

Honger, dorst, volle darmen of een volle blaas, het zijn allemaal voorbeelden van inwendige prikkels. Aan de binnenkant van al onze organen zitten sensoren (interosensoren genoemd). Die informeren de hersenen over hoe het gesteld is met die organen, en of er prikkels zijn die om actie vragen, zoals eten, drinken of naar het toilet gaan.

Pijn-sensoren kunnen in ons hele lichaam pijn opvangen. We kunnen daardoor pijn signaleren in onze spieren, pezen en gewrichten, in onze maag of darmen of op onze huid. Pijn ervaren is een complex van pijnprikkels, herinneringen, emoties en biochemische reacties. Het heeft daardoor een tijdgebonden en zeer persoonlijke betekenis.

Onze zogenoemde thermoceptoren, of temperatuur-sensoren, zijn gespecialiseerd in het opvangen van warmte en kou. Ze signaleren temperatuur binnen ons lichaam en in onze omgeving, zodat we ons gedrag daarop af kunnen stemmen. Zodat we bijvoorbeeld pas thee drinken als deze is afgekoeld en in de zomer kiezen voor een shirt in plaats van een trui.

wat doen je hersenen met deze zintuig-prikkels?

Onze hersenen verwerken de prikkels die onze zintuigen opvangen. Ze combineren ‘losse’ prikkels en koppelen deze aan hersenprikkels zoals emoties of gedachten. Op die manier geven we betekenis aan wat we waarnemen. Via taal geef je daar vervolgens uiting aan. Of je hoort de taal van een ander, wat op zichzelf ook voor jou weer nieuwe prikkels zijn.

Meestal zijn hersenprikkels gebaseerd op een mix van zintuig-prikkels. Neem bijvoorbeeld muziek: dat zijn geluiden die je gehoor verwerken, maar het raakt ook emoties, roept gedachten op. Er horen beelden bij van musici, en het kan ook (dans)beweging of zang (dus taal) uitlokken. Je ervaart het geheel als ‘muziek’. Wat je hersenen doen is betekenis geven aan je zintuig-prikkels. Als je autisme hebt dan doe je dat op een andere manier, waardoor je prikkels anders ‘leest’ en er een andere betekenis aan geeft.

welke hersenprikkels zijn er?

De gedachten die zich vormen in je hersenen zijn geen zintuig-prikkels, maar ze kunnen je wel prikkelen en bezighouden. Mensen met autisme geven vaak aan dat ze overprikkeld raken door een ‘vol hoofd’ of een voortdurende stroom van gedachten.

Een emotie ervaren bij jezelf of signaleren bij een ander is een prikkel die door meerdere zintuigen wordt geregistreerd en vaak door het filter in onze hersenen wordt gezien als ‘belangrijk’. Dit geldt met name voor sociale situaties, dus in contacten met andere mensen.

Taal is een mix van gedachten en emoties. Taal bestaat uit gedachten die je min of meer bewust kunt sturen, en die je gebruikt om je gedachten aan anderen duidelijk te maken. Of om inzicht te krijgen in de gedachten en emoties van een ander. Ook gebruiken we taal om betekenis te geven aan onze omgeving. Die betekenis delen we dan weer via onze communicatie met anderen.